Afgelopen donderdag zijn in de raad de schermutselingen gestart om te komen tot een sluitende meerjarenbegroting. We hebben daarbij als fractie gekozen voor een directe en “recht door zee “ strategie, die mijn inziens past bij onze partij. Zowel coalitie- als oppositiepartijen kozen ervoor om de problemen vooral door te schuiven naar het college, met uitzondering van onze oud-partijgenoot Joop van Orsouw.
In het bijzonder zijn mijn opmerkingen over het cultuuraanbod in de pers gekomen. Dit had ik natuurlijk wel verwacht. Het Osse aanbod van cultuur is van oudsher rijk, maar met name door een gulle bijdrage van de gemeente. De Osse cultuursector is nagenoeg volledig afhankelijk van gemeenschapsgeld. In economisch voorspoedige tijden lijkt dit vanzelfsprekend. Nu we er heel anders voorstaan hebben wij gekozen om deze vanzelfsprekendheid ter discussie te stellen.
Zo willen we alle subsidie-ontvangers langs een nieuwe meetlat leggen, waarbij we willen kijken naar samenwerking en maatschappelijke meerwaarde. Daarnaast willen we instellingen secundair maken ten opzichte van de activiteit zelf. Naar mijn mening kijken we nog te veel naar de instandhouding van de instelling. Zo is het ook met Museum Jan Cunen (MJC).
Uit de gesprekken in de afgelopen periode heb ik kunnen opmaken dat MJC in haar huidige vorm geen toekomstwaarde heeft. Het pand voldoet niet aan de eisen, waardoor aansprekende collecties, buiten bereik blijven. Ook zit de instelling gevangen in haar eigen gemeentelijk net, waardoor creatieve samenwerking met private partijen lastig is. Vooral van belang is dat ik vind dat een exploitatie van een museum geen primaire gemeentelijke taak is.
We willen de Osse cultuursector alle ruimte geven om tot een vernieuwd aanbod te komen. De gemeente kan vanwege haar rol tot op heden, niet nalaten om dit proces (financieel) te ondersteunen. Als het eindplaatje maar duidelijk blijft: Een zelfstandige cultuursector.
De komende periode zullen we, allereerst met onze coalitiegenoten, VDG, CDA en PvdA, tot een onderhandeling moeten komen over de bezuinigingen van minimaal 7,5 miljoen euro. Onze inzet hebben wij duidelijk gemaakt, omdat ik ook vind dat instellingen recht hebben op klare taal.
Mocht u zich aangesproken voelen, dan ga ik graag met u het gesprek aan.